Op dit dak ligt nog oude roofing. We gaan hier EPDM-folie op plaatsen. Let er op dat de constructie zelf nog in goede staat is. De roofing op zich hoeft uiteraard niet meer waterdicht te zijn. Begin met het dak schoon te maken. Verwijder eventuele overhangende bladeren. Indien er mos aan het dak hangt, schraap je deze er ook af. Je doet dit om later problemen te voorkomen zoals luchtbellen, slechte hechting of zelfs beschadiging aan het nieuwe dakmembraan. Aan de aansluiting met de muur hangt er in ons geval een loden slab. We plooien deze omhoog zodat we later de EPDM er onder kunnen aanbrengen. Je wilt een zo vlak mogelijke ondergrond om de EPDM aan te brengen. Verwijder daarom eventuele bubbels in de roofing. Ook al voelt het wat tegen je natuur in: snijd ze open met een cuttermes. Maak de opening groter met een plamuurmes, zodat je er goed bij kan met de heteluchtblazer. Door met de blazer te werken kan je de plooi mooi glad rollen. Het EPDM leg je tot tegen de rand, daarbovenop komen nieuwe dakrandprofielen. De oude moet je dus nog weghalen. Een haakse slijper en veel geduld komen hier goed van pas. Haal ook de kleine bramen weg die nog kunnen blijven hangen, deze kunnen beschadiging aan je membraan veroorzaken. Om de goederen te bestellen, heb je uiteraard de juiste afmetingen nodig. Meet daarom zorgvuldig je dak op. Maak een schets van de vorm en werk deze uit op papier. Bij het bepalen van de afmetingen moet je ook rekening houden met de opstaande kanten. Meet daar waar de opstaande rand het hoogst of breedst is en tel er 10 centimeter marge bij. Indien je nog extra isolatie legt, trek je de dikte van de isolatie ervan af. Eventuele doorvoeren en opstakels, zoals in ons geval de lichtkoepel, reken je gewoon mee. Die snijd je er later uit. Als je alle juiste maten hebt, kan je de EPDM bestellen. We werken hier met een kant-en-klaar pakket waarbij alle materialen worden aangeleverd. Lees altijd eerst de meegeleverde handleiding voordat je begint. Wij hebben een verhuislift gehuurd om de spullen gemakkelijk naar boven te brengen. Opzetten is eenvoudig, zorg er wel voor dat de lift zeker waterpas staat. Dat kan je controleren met de meters die op de lift staan. We voorzien dus een extra isolatielaagje. De oude roofing dient hier als dampscherm, dus dat hoeven we niet te plaatsen. In ons kant- en klaar pakket werd ook pu-schuim en lijmspuiten voorzien. Schud deze goed en draai de spuitkop op de lijm. Voor een optimale hechting van de isolatie met PU-schuim is het nodig je dak licht te bevochtigen. Als je het ‘s ochtends doet en er is nog wat ochtenddauw volstaat dit ook. Wij gaan licht bijsproeien. Aan de zijkant loopt de roofing wat schuin. Snijd dus de isolatie ook schuin af, zodat deze alles bedekt. Aangezien wij dunne isolatie hebben van 4 centimeter, kunnen we dit doen met een cuttermes. Dikkere isolatie doe je beter met een handzaag. EPDM leggen is echt geen klus om alleen te doen. Terwijl de één isolatie op maat snijdt, kan de ander aan de slag met PU-schuim. Dat is trouwens een product dat aan de vingers blijft plakken, draag dus zeker de meegeleverde handschoenen. Spuit in de hoeken van het dak en werk in een slangenpatroon. Gebruik voldoende lijm, zeker bij een renovatie. De ondergrond is dan nooit helemaal strak. Met genoeg lijm vul je die oneffenheden netjes op. De PU-lijm laat je een minuutje rusten. Nadien druk je er de isolatieplaten op. Gebruik het reststuk van de laaste plaat om de volgende rij mee te starten. Bij dikker isolatie is het nodig ook PU-schuim aan te brengen tussen de platen. Hier volstaat het om de onderkant en zijkanten te voorzien van lijm. Corrigeren van oneffenheden tussen de isolatieplaten is meestal nog mogelijk tot 5 minuten na het aanbrengen van de platen. Rond de koepel is het wat puzzelwerk. Snijd daarom eerst de isolatie op maat. Spuit pas daarna de lijm. Zo kan je rustig werken, zonder stress dat de lijm te snel uithardt. Vergeet niet om de ondergrond te blijven bevochtigen. Werk strook per strook, zodat je niets vergeet en voldoende tijd hebt voor alles. De isolatie laat je een uurtje rusten zodat ze vlak kan liggen en niet meer uitzet of krimpt wanneer je de EPDM plaatst. De lift komt alweer goed van pas. Het is niet alleen gemakkelijker werken, het is ook gewoon veiliger. Zo hoef je niet met het zware membraan te sleuren op de ladder. Veeg alles eerst nog eens schoon, zodat er geen vuile deeltjes onder je membraan geraken. Bij het vegen merken we dat er nog kleine randjes open staan, waar geen PU-schuim of isolatie zit. We spuiten deze nog op. Het overtollige schuim dat boven de isolatielaag uitsteekt, snijd je weg. En dan neem je de EPDM erbij. In ons geval bestaat het membraan uit drie delen, zo kunnen we de koepel er gemakkelijk inwerken. Vouw het eerste stuk open. Er is geen boven- of onderkant aan de folie, het maakt dus niet uit hoe je die openvouwt. Zorg dat de EPDM gelijkmatig en losjes over de dakranden hangt. Laat het membraan een half uurtje rusten om eventuele spanning en vouwlijnen te laten verdwijnen. Vouw dan het EPDM naar binnen. Begin aan de lange zijde. Plooi vervolgens het membraan naar één kant, klaar om in te lijmen. Roer de hoogwaardige contactlijm goed door en giet deze in de bijgeleverde lijmbak. Het EPDM-membraan wordt dubbel verlijmd. Begin met een lijmlaag op de isolatie. Vervolgens breng je ook een lijmlaag aan op de achterzijde van de folie. Laat de lijm even inwerken. Om te testen of deze al goed is, duw je je hand op de folie. Blijft die plakken, dan moet je nog even wachten. Rol het ingelijmde EPDM-membraan vervolgens met twee personen gelijkmatig en zonder spanning uit over het ingelijmde oppervlak. Strijk eventuele plooien direct glad met de hand of gebruik een zachte veegborstel. De randen duw je goed aan met de meegeleverde roller. Herhaal dezelfde werkwijze aan de andere helft van het membraan. Werk altijd vanuit het midden naar de zijkant, zo duw je de luchtbellen eruit. Het tweede stuk van de EPDM-folie leggen we aan de andere zijde van het dak. Zo kunnen we straks het laatste deel over deze eerste 2 leggen. Het punt aan de lichtkoepel is het meest gevoelig, vandaar dat we dit membraan bij voorkeur bovenaan leggen. Aangezien we hier met een obstakel zitten, namelijk de schoorsteen, meten we hoever we het membraan moeten overplooien. Vergeet de opstaande kant niet. Tel deze maten samen en zet het over op de EPDM. Trek het membraan dan tot op zijn juiste plaats. De uitsparing rond deze buis maak je pas straks. Teken nu alvast af waar je moet knippen. Dat doe je met het krijtje. Werk schuin naar de zijkanten en trek daarna een rechte lijn. Zo kan je het membraan later mooi rond de buis plooien. Je kan de lijm ook spuiten in plaats van aan te brengen met een roller. Sluit de slang aan op de spuitbare lijm en op het lijmpistool. Deze methode gebruik je bij grote of moeilijk verlijmbare oppervlakken, bijvoorbeeld op warme dagen. Het voordeel: de droogtijd is korter en het werkt prettiger dan met een roller. Als de ene zijde kleeft, plooi dan de hoek om zodat die al klaar ligt om in de andere richting te verlijmen. Om het membraan nu tot tegen de dakrand te kunnen verlijmen, moeten we de lijnen die we eerder maakten uitknippen. Later besteden we hier nog extra aandacht aan om de uitgeknipte delen terug waterdicht te maken. De werking is vervolgens hetzelfde. Eerst inspuiten met de lijm, nadien vastrollen. Bijna vergeten, de uitsparing voor de afvoer moet nog uitgesneden worden uit de isolatie. Dat kan opnieuw gemakkelijk met een cuttermes. Begin zo klein mogelijk, zodat je gat niet te groot wordt. De nieuwe afvoerbuis zaag je later op maat. Zo zit het eerste deel van deze aflevering erop. In het volgende deel kleven we het laatste stuk membraan vast en werken we alle hoeken en naden af.